Vanaf de stad Krabi, in het zuiden van Thailand, trekken veel reizigers naar de prachtige eilanden in de Andaman Zee, zoals het populaire Koh Phi Phi en het onbekende Koh Jum. Maar ook rond en in Krabi zelf zijn schitterende plekken. In dit blog bezoeken we Krabi’s mooie mangrovebos, dat vol dierenleven blijkt te zitten.
Hoppende slijkspringers
De Utarakit-straat, een brede doorgaande weg, grenst aan de ene kant aan het gezellige oude stadscentrum en aan de andere kant aan de Krabi-rivier. Vanaf dat water vertrekken speedboten naar de paradijseilanden, maar wij blijven vandaag op de grens van water en land, in het mangrovebos dat eigenlijk gewoon in de stad ligt.
Het is een prachtig gezicht: twee rotspunten torenen boven breed blauw water uit. Ze zijn deels begroeid met bomen en deels wit, de kenmerkende kleur van de karst- of kalksteenbergen. Groene mangrovebomen vullen de oevers tussen de rivier en de twee bergjes. Een houten vissersboot drijft voorbij. De strakblauwe lucht en de grote witte reiger die vist op een drooggevallen grijze modderplaat maken het idyllische plaatje compleet. Of wordt dit plaatje compleet door het paartje hoogvliegende witbuikzeearenden, het symbool van Krabi’s stadsmangrove?
Thai hebben hun hengels uitgeworpen vanaf de witgeverfde balustrades van de stoep. Wij gaan trappen af naar de modderige rivierkanten die bij eb tevoorschijn komen en stoppen abrupt. Drie hondskopwaterslangen, jagend in poeltjes op visjes! Die springen uit het bruinige water, en lopen op hun borstvinnen verder over de modder…. Het zijn slijkspringers, vissen die niet alleen in het water, maar ook op het land kunnen ademen.
We kijken weg van de slangen en spotten tientallen slijkspringers, wauw! Ongeveer tien centimeter lang, grijs met zwarte streepjes en lichtblauwe spikkels, met zwarte ogen die bovenop hun kopjes staan. De beestjes met bolle wangen waggelen, hoppen en glijden tussen mangrovewortels over de modder, het water in en uit, gravend naar wormpjes en insectjes. Honderden kleine vioolkrabben lijken met hun grote oranje en witte schaar naar de bijzondere visjes te zwaaien.
Spookwortels en makaken
Wij zeggen de fascinerende slijkspringers ook gedag en lopen door naar Khao Khanabnam. Over een verhoogd betonnen pad, wandelen we het stuk beschermd mangrovebos in. Geholpen door het gedempte licht en grillig gevormde dode bomen, hebben de verschillende mangrovesoorten een haast spookachtig decor gecreëerd. De bomen hebben een wirwar van duizenden zwarte en grijze bovengrondse luchtwortels, sommigen omhoog stekend uit modderig water, andere juist omlaag reikend, de modder in.
Weer andere wortels kronkelend horizontaal als slangen over de natte modder en plasjes water. Een eenzame witte vlinder fladdert tussen dikke groene bladeren door, op zoek naar een bloem die er niet is. Dan komt de mangrove verder tot leven: een troep makaken trekt door de bomen van de bijzondere waterwereld. De apen spelen en krijsen, rusten op boomstammen en verzorgen elkaars vacht.
Een vrouwtje met haar zwarte jong hangend aan haar borst, bijt stukjes af van een langwerpige, lichtgroene, peulachtige stek van een mangroveplant. Een mannetje met een prachtige brede borstelsnor kijkt ons onderzoekend aan vanaf zijn troon van zigzag-gekruiste takken en loopt ons nieuwsgierig tegemoet. Met een paar meter ertussen, passeren we elkaar respectvol en behoedzaam. We wandelen verder door de stilte. Grote bruine zwammen, bedekt met groen mos, groeien op dunne boomstammen. Af en toe klotst wat troebel water zachtjes tegen luchtwortels, als een mini-eb en vloed.
Parende watervaranen
We draaien om bij het eindpunt van de looproute. De optie om met een boot het water op en de mangrovebossen in te varen en grotten te bezoeken, bewaren we voor een andere keer. Door de kluwen van wortels en hun hoge bomen heen zien we stukjes rivier. Een reigertje met witte vleugels en een bruin gestreept lijf vliegt voorbij.
Na een mooi uurtje in het mangrovebos zijn we weer bij de straat, maar de natuur is nog niet klaar met ons, ook al nadert het moment van zonsondergang. Een schitterende witkraagijsvogel duikt van een tak het water in en komt weer omhoog met zijn prijs, een spartelend visje, in zijn snavel. Dan zien we iets donkers en groots in het water drijven, ongeveer twintig meter voor ons. We rennen er heen en zien wat het is: twee parende watervaranen drijven midden in de rivier. In een innige en liefdevolle omhelzing dobberen de ruim anderhalve meter grote hagedissen met de stroom mee. Loom en onverstoorbaar omrollend, tonen ze hun witte buiken, en dan weer bruin gestreepte lijven. Af en toe steken ook de lange dunne staarten boven water.
Het is aandoenlijk om te zien hoe het liefdeskoppel letterlijk hun poten om elkaar hen geslagen heeft en soms hun koppen naast elkaar houdt. We lopen een stuk met het romantische paar mee, totdat de rivier ze richting de dichte mangrovestruiken en uit ons zicht leidt. Terwijl een pleviertje een wormpje uit de modder aan zijn snavel spietst, rapen wij, net als de apen, wat mangrove-zaadstengels van de stoep. Wij eten ze echter niet op, maar werpen ze terug in de modder onder ons. Zo groeit Krabi’s prachtige stadsmangrove hopelijk nog een stukje verder.
Ben je benieuwd naar dit mangrovebos van Krabi?
Ga op ontdekkingstocht tijdens je rondreis Thailand. Wil je nog meer bijzondere plekken ontdekken? Vraag dan local Hero Henk naar zijn tips. Henk denkt graag mee over jouw rondreis Thailand op maat.
Mark, een Dutch local in Thailand
Over de schrijver:
Mark woont in Thailand, al heel wat jaren. Nu op het prachtige eiland Koh Samui, nadat hij eerst in Khon Kaen, een grote stad in het landbouwgebied van de Noordoostelijke regio Isaan, en ook in het altijd fascinerende Bangkok gewoond heeft.