Koh Jum ligt in de Andaman Zee, ongeveer drie kwartier varen vanaf de stad Krabi. Redelijk dicht bij populaire eilanden als Koh Phi Phi en Koh Lanta, kan het contrast echter niet groter zijn. Zelfs veel Thaise mensen kennen superrustig Koh Jum niet. Ontspan met ons mee, off the beaten track op dit heerlijke Thaise eiland.
Stranddrukte
Het is toch druk op het Ao Luboh-strand in het noorden van Koh Jum: vijf heremietkreeftjes zitten op een kluitje rond een grote schelp. Ze zijn druk met bepalen wie er mag verhuizen. Vier kromme pootjes en oogjes op steeltjes klimmen uiteindelijk uit de ene naar de andere mooi gedraaide schelp. Zijn kompanen scharrelen onverhuisd weg over het zand, naar keien die goudgeel in de zon oplichten.
Vijftien meter verderop, waar het strand eindigt en de bomen beginnen, verstoren schelle kreten van een familiegroep makaak-apen de rust. Een jonkie springt met succes naar een lage tak en slingert heen en weer terwijl zijn leeftijdsgenoten zijn staart proberen te grijpen. Een moeder met jong wast een mango in een stroompje dat door het zand naar zee kabbelt, totdat twee vrolijk kwispelende honden te dichtbij komen.
Wulpen en aalscholvers staren vanaf rotspunten in het zoute water naar ons, twee mensen, alleen op dit stukje strand, aan een fraaie baai met groen begroeide heuvels. Want we wandelen hier echt als enigen! Vanaf ons rustige hotel zijn we direct het zand op gelopen. De branding schenkt ons talloze schelpen, stukjes hout en brokjes koraal, waar witte krabbetjes fraaie patronen bij tekenen met zandkorrels die ze uit hun holletjes werpen.
Piratenboot en vissersdorpjes
Van een afstand leek het op het skelet van een lang geleden gestrande piratenboot en ‘s avonds zelfs een spookschip. Maar nu we er voor staan, blijkt het bouwwerk op de grens van zee en zand een kunstig van wrakhout geconstrueerde beachbar op grote rotsblokken te zijn. We komen nog een paar vrolijke “houtje-touwtje” restaurantjes aan het strand tegen, waar oud hout, relaxte reggae-muziek, Thaise zitkussens, verleidelijke hangmatten, lage bamboetafeltjes en vriendelijke Thai de ontspannen sfeer van Koh Jum accentueren.
We rijden op de motorscooter langs dorpjes van dertig huizen, veelal van verweerd grijs hout en gevlochten palmbladmatten, plukjes koeien met koereigers als maatjes, en Thai die voor hun huizen mooi fruit en verse groenten uit hun tuinen verkopen. Dat het eiland naast van kleine landbouw vooral van de zee leeft zien we ook: vrouwen boeten visnetten, een man timmert vismanden van hout en bamboe, overspannen met gaas en visnet, en een vissersboot vol kooien bekleed met palmbladeren voor de inktvisvangst, ligt klaar om uit te varen.
Op een open plek direct aan de weg mogen we meekijken hoe drie mannen met de hand en basisgereedschappen een prachtige nieuwe boot bouwen, helemaal van hout, van een boom die tien meter van de bouwplek vandaan gekapt is.
Vlinders, moskeeën en badmatjes
Terwijl bij een klein restaurant onze lunch klaargemaakt wordt, nodigt een vriendelijke oudere man ons uit achter zijn huis te komen kijken. Tientallen vlinders in schitterend oranje, zwart, wit, paars en blauw fladderen rond prachtige bloemen in zijn kruidentuin. Een enorme wielwebspin heeft haar web tussen de planten gewoven.
Buurtkindjes spelen in versleten veel te grote voetbalshirts met stokjes en magere katjes knikkebollen in de koelte onder het huis. De eigenaresse van het restaurantje is net zo aardig als haar buurman: na een heerlijke yam thalee (“spicy seafood-salad”) komt ze met een glimlach gesneden mango, watermeloen en ananas brengen. “Mijn salade was best pittig, he? Dan is nu zoet wel lekker!”
“We hebben er drie op Koh Jum”, vertelt de politieman, wijzend op de moskee van Ting Rai die hij net heeft verlaten na het vrijdagsgebed. “De meeste mensen hier zijn moslim, maar er is ook een christelijke kerk en een wat, een Boeddhistische tempel.” Hij biedt ons gebakken zoete banaantjes aan van het kraampje naast zijn gebedshuis.
We hebben het gevoel dat het leven op Koh Jum rustig en eenvoudig is, misschien wel hoe het vroeger op de meeste Thaise eilanden was, maar nu op veel niet meer is. Dat de mensen tegelijkertijd ook hard werken zien we als we stoppen bij houten rekken vol wat lijkt op geelwitte badmatjes. Het zijn echter rubberplakkaten. Ze hangen te drogen nadat ze handmatig met zware oude gietijzeren machines samengeperst zijn uit melkachtig latex. Bomen op tientallen bescheiden plantages laten die dikke vloeistof uit hun bast in zwarte plastic kopjes druppelen.
Vervellende krab
Op een tropisch eiland moet je natuurlijk ook het zeewater in, dat allerlei mooie tinten groen en blauw heeft. Dat doen we eerst aan Koh Jums westkust, waar de kilometerslange strandstrook iets drukker is, maar nog steeds relaxed. Zonaanbiddende toeristen genieten bij kleinschalige resorts en hotels aan het strand; op het zand wachten vrolijk gekleurde strandstoelen en Thaise dames die ontspannende massages aanbieden op houten strandplatformen waar de wind doorheen waait. Het uitzicht is een jaloersmakende vakantiefoto.
Het water voelt aangenaam; niet te warm en niet te koel, en is heerlijk helder. We dobberen lekker, en herhalen dat in het noorden van het eiland. Daar liggen wat meer steentjes en rotsen in zee, waardoor we snorkelend meer visjes en zwarte zeekomkommers tegenkomen. We zien een krab die letterlijk uit zijn pantser kruipt. Omdat hij groeit, past dat uitwendige skelet niet meer en moet zijn hele lijf “vervellen”. Zijn schild klapt aan de achterkant open en de “nieuwe” grotere krab klimt er langzaam uit. Super bijzonder!
Weer op het strand spreken we af het beklimmen van de Koh Pu-berg voor de volgende keer te bewaren. Want terugkomen naar Koh Jum, een authentiek Thais eiland off the beaten track, waar je zo lekker ontspant, wie wil dat nou niet?
Koh Jum, rustig en authentiek Thailand
Wil je graag genieten op een tropisch eiland tijdens je rondreis Thailand maar sla je liever de drukke, toeristische eilanden over? Ga dan eens naar Koh Jum. Rustig, authentiek en net zo tropisch. Local Hero Henk plant dit graag voor in een mooi reisplan.
Mark, een Dutch local in Thailand
Over de schrijver:
Mark woont in Thailand, al heel wat jaren. Nu op het prachtige eiland Koh Samui, nadat hij eerst in Khon Kaen, een grote stad in het landbouwgebied van de Noordoostelijke regio Isaan, en ook in het altijd fascinerende Bangkok gewoond heeft.